Martijn Nekoui studeerde vijf jaar geleden af met MOAM als afstudeerproject aan het AMFI in Amsterdam. En met succes: want hij behaalde zijn opleiding met een 10(!). Martijn is nooit een zesjesstudent geweest en haalde vanaf het begin al het onderste uit de kan. Als iemand hem vertelde dat het hem niet zou lukken, deed hij er alles aan om het tegendeel te bewijzen, en dat lukte. Én lukt hem tot de dag van vandaag nog steeds. MOAM biedt jong talent een podium, zorgt ervoor dat grote namen uit de industrie in contact komen met dat nieuwe talent en koppelt deze twee om samen te werken aan creatieve concepten. Als klapper op de vuurpijl brengt MOAM nu een boek uit als ode aan de Nederlandse creatieve industrie.
Martijn: ‘Ik zag aan de ene kant heel veel jong talent, wat ik heel erg cool vond. Maar zij konden zichzelf op de een of andere manier niet goed aan de buitenwereld tonen. Aan de andere kant zag ik grote namen in de industrie die het lastig vonden om met de nieuwe generatie in contact te komen. Dus dacht ik bij mezelf: wat zal er gebeuren als ik deze twee groepen aan elkaar koppel? Ik wilde ze een platform bieden zodat deze koppeling gemaakt kan worden. Het is voor mij altijd precies geweest wat ik wilde; alles bij elkaar “hosselen” en dingen creëren die nog nooit eerder zijn gemaakt. Inmiddels heb ik een klein, jong team en zetten we samen veel creatieve dingen op. Van HEMA tot Rijksmuseum en van Dior tot de Bijenkorf, Disney of Artis. De koppeling tussen de jonge talenten en grote namen brengt zoveel veelzijdigheid. De ene keer werken we aan een sustainable expositie in Artis en de andere keer lanceren we een exclusief pop-up-event in Krasnapolsky.’
Zonde
‘We hebben de afgelopen vijf jaar zoveel gedaan, ook op het gebied van fotografie. We hebben met zoveel bijzondere mensen samengewerkt; alle grote fashiondesigners en fotografen, in samenwerking met musea als FOAM en MOCO. Al deze projecten waren tijdelijk, het duurde meestal twee maanden, daarna gingen we door naar het volgende project. Ik vond het zo zonde dat we met al deze mooie beelden niks meer deden. Ik wilde de beelden bundelen in een magazine. Vervolgens dacht ik eraan om een soort “paper” te maken, maar zoals alles in mijn hoofd gaat moest het toch groter. Op dat moment besloot ik om er een boek van te maken. Maar met het maken van een nieuw boek, wilde ik ook nieuw beeld creëren. Nu bestaat het boek “MOAM contemporary fashion & arts in amsterdam” nog maar voor tien procent uit bestaand beeld en de rest is allemaal nieuw werk. Er hebben uiteindelijk 150 fotografen en designers aan gewerkt, maar in totaal waren er zelfs meer dan achthonderd mensen bij betrokken.’
Benieuwd naar de rest van het artikel? Je leest het in TalkiesMAN!