MAN & STIJL

‘Best Dressed Man’ Splinter Chabot

Splinter Chabot is oud-landelijk voorzitter van de JOVD, de politiek onafhankelijke jongerentak van de VVD. Hij studeert aan de Universiteit van Amsterdam. Onlangs werd hij uitgeroepen tot ‘Best Dressed Man’ van 2019. Meer dan genoeg reden voor ons om Splinter naar zijn stijl te vragen. 

Kledingstijl

‘Ik vind kleding heel erg belangrijk. Het is niet erg als iemand een trui uit de kast trekt en vervolgens naar zijn werk gaat, dat mag natuurlijk. Maar kleding is in mijn ogen een kunstvorm. Je naakte uiterlijk is de meest pure vorm van hoe je qua uiterlijk bent. Maar je kunt je innerlijk en uiterlijk samenvoegen door de kledingkeuzes die je maakt. Kleding kan laten zien hoe je je voelt, wat je mooi vindt, waar je fantasie je heen brengt. Als we op straat kijken is het best wel een grijze, grauwe boel. Alleen met regen en zonneschijn krijg je een regenboog, maar het zou zo leuk zijn als wij er als mensen voor zorgen dat die regenboog er elke dag is, als we de stoep wat meer als catwalk gaan zien. Mijn kledingstijl is een soort ontplofte confettibom. Ik werk nu samen met een Haagse kledingontwerper, Peter George d’Angelino Tap, hij maakt voor mij verschillende pakken en in die pakken zit vaak heel veel glitter. Je kunt je prins voelen door de kledingkeuzes die je maakt.’

Accessoires

‘Ik draag altijd een ketting. Die heb ik gekregen van mijn broer. Er hangt een steen aan uit Nieuw-Zeeland. Als je de steen krijgt, brengt-ie geluk, als je ‘m zelf koopt, brengt-ie ongeluk. Daarnaast draag ik vijf ringen. Mijn moeder heeft deze zelf gemaakt en eentje heeft mijn broertje Storm gemaakt. Ze zijn voor mij dus heel erg belangrijk, zo draag ik hen altijd bij me.’

 Grootste miskoop

‘Ik heb weleens dat ik iets koop waarvan ik even mijn best moet doen om het te durven dragen. Als ik een knalroze pak koop bijvoorbeeld, ben ik heel blij dat ik het gekocht heb maar moet ik mezelf er wel even toe zetten om het ook daadwerkelijk te dragen. Ik heb vast ook flaters gemaakt, maar die vergeet ik liever.’

Fashion musthave

‘Elke man heeft glitters en kleur nodig in zijn garderobe. Of je dat nu in de vorm van schoenen, een pak of sokken doet. Mannen zouden dat echt meer moeten doen! Het vuurwerk wat we op oud en nieuw zien moeten we ook in onze kleding stoppen. Een tip van mij: koop tijdens de decembermaand en shop dan alles voor de rest van het jaar. Dat is de enige maand waar ze meer items met glitters en kleuren verkopen voor mannen.’

Gaat niet de deur uit zonder

‘Mijn ringen. Dan voel ik me echt heel naakt. Soms ga ik zelfs hardlopen met mijn ringen om, dat is ontzettend onhandig, maar ik moet ze gewoon bij me hebben.’

Stijlicoon

‘Mijn twee grote voorbeelden zijn David Bowie en Prince, en ook zeker in kledingopzichten. Ze dragen zoveel verschillende soorten kleding en ze zijn echte mode-iconen geworden. Zij droegen de catwalk, maar zij droegen zichzelf óók naar de catwalk toe: ze beïnvloedden de catwalk ook. Als je naar hen kijkt lijken zij wel een sprookje.’ 

Draagt het liefst

‘Ik draag eigenlijk altijd pakken, behalve als ik ga sporten. Ik houd ervan om prints op prints te combineren. Min en min is ook plus!’

Signature look

‘Altijd iets met roze. Ik vind het een heel mooie, optimistische kleur. Mannen vinden vaak dat alles blauw moet zijn. Ik houd juist van roze en probeer dat altijd ergens in te verwerken.’

Best Dressed Man

‘Ik had totaal niet verwacht dat ik zou winnen. Maar ik vind het fantastisch en een enorme waardering dat ik gewonnen heb. In mijn kledingstijl zit mijn persoonlijkheid. Mensen hebben gestemd, waarschijnlijk ook mijn leger aan vriendinnen, en ik denk dat ik het daaraan ook te danken heb. Ik ben ontzettend dankbaar.’

Slechtste eigenschap

‘Ik ben verslaafd aan chocolademelk met slagroom. Ook in de zomer met dertig graden. Als mensen een cappuccino mogen bestellen op het strand, vind ik ook dat ik chocolademelk met slagroom mag bestellen. Daarnaast ben ik dol op naturel chips en chocolade, als ik dat in huis heb kan ik er niet vanaf blijven.’

Droom

‘Ik wilde altijd modeontwerper worden. Ik hoop dat ik die droom op een bepaalde manier nog ooit kan uitvoeren. Ik vind vrijheid heel erg belangrijk, dat hebben we in Nederland ook, maar het moet nog veel verder uitgediept worden. Ik hoop dat er een moment komt dat die vrijheid er helemaal is. Dat als ik een lange bloemenjurk aandoe er geen mensen omkijken. Ik hoop dat die onzichtbare kaders en hobbels op de weg ooit niet meer zijn.’